Jaap van Deurzen

SPREKER /  MEDIATRAINER /  DAGVOORZITTER.

Buurman & Vergankelijkheid

sep 6, 2020

De armzalige erfenis van mijn overleden buurman wordt in de afvalcontainer gedumpt. Twee mannen met slappe shagjes tussen hun lippen smijten zijn meest intieme spullen zonder gêne of emotie in een verroeste bak. Ze hebben haast, een nieuwe huurder staat te trappelen om in het huisje aan de gracht te trekken. Hoe vergankelijk kan het leven zijn? Schrijver Vladimir Nabokov verwoordde het ooit goed: “Het leven is een klein spleetje licht tussen twee eeuwige perioden van duisternis.” U heeft hem al door, hè, dit wordt een vrolijk stukje. 

Bovenop de stapel aftandse meubels ligt een trouwfoto. Onze buurman staart me aan door zijn bril met dikke glazen. Het kiekje is uit een fotoalbum gegleden. De foto was blijkbaar te groot voor het plastic vakje en werd onhandig bijgeknipt en is daarna gaan glijden. Ik aarzel of ik het album zal redden van de ondergang. Maar ik krijg het niet over mijn hart om het op te pakken, dit is zo intiem. Ik voel me nu al een voyeur.

Op de foto zie ik een jongere versie van onze ‘boze buurman’, want zo noemden we hem goedmoedig als we het over hem hadden. Hij is gekleed in een slecht zittend pak. Zijn gestippelde stropdas zit scheef. Aan zijn rechterarm poseert een uitgedoofd sloofje met een lieve verontschuldigende glimlach, alsof ze zeggen wil: ‘Ik ben het maar!’ Gezien de leeftijd heeft het paar elkaar bij het sluiten van de markt gevonden. Het huwelijksgeluk spat er niet echt vanaf. 

De norse buurman staat lichtjes voorovergebogen, alsof hij net onder de balen vandaan is gekropen. Zijn houding heeft iets dreigends. Laten we snel stoppen met die foto-flauwekul, dan kunnen we naar huis, zie ik hem denken. Ook zij voelt zich zichtbaar ongemakkelijk met het minuscule bruidsboeket in haar hand.We wisten niet eens dat hij getrouwd was geweest. Ik weet eigenlijk helemaal niks van hem. Waarom heb ik hem niet vaker opgezocht? Je leest zo vaak over vereenzaamde ouderen. Het enige excuus dat ik heb is dat hij nooit echt open stond voor contact. Hij bleef beweren niemand nodig te hebben, maar was waarschijnlijk op een recalcitrante manier dodelijk eenzaam.  

Toen we op de gracht kwamen wonen was er geen echtgenote meer in zicht. ‘Geen vrouw had het waarschijnlijk lang bij hem uitgehouden,’ piept een vilein stemmetje in mijn achterhoofd. Ik schaam mij gelijk rot, want ik kende hem te oppervlakkig om zo’n oordeel te vellen. In die vijftien jaar als buren hebben we misschien twintig keer met elkaar gesproken. Zijn woedende monologen waren doorspekt van onvrede. Hij deed me denken aan een sjofelere versie van het typetje H.J. Bussink van Kees van Kooten. (zie Youtube) 

“Die klootzakken in Den Haag doen veel te weinig voor de ouderen. Wij hebben ons de pleuris gewerkt voor deze welvaart. Nu vult dat tuig de eigen zakken. Stelletje grafhonden!” brieste de kankerpit en joeg een trillende hand door zijn uitgedunde haardos. Zijn kunstgebit was te iets groot geworden en zakte bij elke woedeaanval naar beneden. Zijn gezicht kreeg dan iets weg van een sprekend paard. Ik kon het zelden opbrengen om lang naar zijn tirades te luisteren. Vragen stelde hij nooit, hij poneerde stellingen. Ik wachtte op de eerste de beste komma om weg te sluipen. 

‘Hé, Van Deurzen, dat nieuws is ook niks meer, hè? schreeuwde hij op een keer vals tegen mijn rug. “Allemaal stom gezeik! Die politieke journalisten zitten met zijn allen de reten van die Haagse uitvreters te likken! Ga eens lekker een keertje kritisch doorvragen, joh! Over wat ouderen tekortkomen bijvoorbeeld!’ Ik zei het al, de zuurgraad was hoog. “Ik doe zelf zelden interviews met politici,” was mijn sullige verweer, om me vervolgens vliegensvlug uit de voeten te maken. 

Een plastic tuinstoel vliegt aan mijn linkeroor voorbij en belandt in de afvalcontainer. “Oh, sorry, ik zag u niet!’ liegt de verhuizer en de vonken spatten van zijn shagje. Hij verdwijnt glimlachend in de resonerende ingewanden van het bijna lege huisje. Aarzelend glijdt mijn hand naar het fotoalbum, maar ik trek hem gelijk weer terug en mompel: “Dit kan echt niet. Sorry buurman, sorry, sorry, slaap zacht!” 

JAAP VAN DEURZEN. 

Voor meer columns, ga naar Jaapvandeurzen.com en klik op: Columns