Jaap van Deurzen

SPREKER /  MEDIATRAINER /  DAGVOORZITTER.

Blond & Maggi

nov 21, 2021

Laten we met de feiten beginnen, Blond is een briljante kok! Elke maaltijd is een feestje. Dat ik er als een vadsig hangbuikzwijntje bijloop is mede te danken aan haar kookkunsten. Blond is een omnivoor en eet alles wat spartelt, kukelt, mekkert of blaat. Zelf heb ik een voorkeur voor mijn geluidloze, gevinde vrindjes uit de wereldzeeën. Ook daar prepareert ze heerlijke maaltijden mee. Rammelen met de pannen is haar lust en haar leven. Bravo Blond! Houd vol meisje. 

Maar nu komt ie, ik ga even uit de school klappen: Blond heeft ondanks haar fijne smaak en expertise in de keuken, een hele bijzondere afwijking. Over alles wat ze zélf eet spuit ze stralen Maggi. Maar dan ook letterlijk over alles! Maaltijden met vis, vlees, of pasta verdwijnen onder een donkere laag smurrie. Met die zwarte Maggi-stippen heeft elk gerecht wel wat weg van een gebakken Dalmatiër. Een beetje in lijn dus met de kop die tegenwoordig is afgebeeld op het nieuwe etiket van het flesje. Blond sproeit de prut nog net niet op een slagroompunt. Waarschijnlijk is de vreemde gewoonte ontstaan in haar vroege jeugd tijdens het nuttigen van een soepje, want: Das wissen selbst die Kinderlein, mit Maggi wird die Suppe fein!”

De Nobelprijs voor Literatuur zullen de tekstschrijvers van de Allgemeine MAGGI-Gesellschaft”  nooit krijgen.

‘Staat de Maggi op tafel?’ is een dagelijks mantra in huize Van Deurzen. “Maggie een keer niet?’ is het geijkte antwoord van mijn jongste zoon Bob als hij bij ons komt eten. Hij weet dat hij op dat moment een gevaarlijk spel speelt met zijn neusbeentje, maar hij kan het niet laten. Dat vervloekte vierkante flesje met de gele dop móet naast haar bord staan. Het wordt ontworpen door Jules de Praetere, een talentje van de kunstacademie van Zürich. Jules is verantwoordelijk voor de vormgeving van de emballage. Wat het uiterlijk betreft is het flesje in de loop van de tijd nauwelijks veranderd. 

Maggi is Blonds’ culinaire wijwater. Als ik het in mijn malle hoofd haal de flesjes te vergeten bij het inkopen mag ik als een speer naar de Appie terug fietsen. Weer of geen weer. Maggi vormt een vast onderdeel van mijn bagage als ik in Nederland of in België een vakantiehuisje boek, want stél.. Er komt een dag dat een wantrouwige Vlaamse douanebeambte ons arresteert omdat hij denkt dat we vloeibare coke aan het smokkelen zijn. Weet u overigens waarom een Belg Maggi in zijn auto heeft? Voor als hij z’n wagen in de soep rijdt. Flauw hè? 

Blond koestert de tegeltjeswijsheden van de Duitse dichter Frank Wedekind, die de eerste chef werd van Maggi’s reclameafdeling en de ultieme slagzin verzon:

‘De poëzie is de specerij van het bestaan, de grap is de smaakmaker van de conversatie, en Maggi is dé specerij voor een goeie maaltijd.” 

Wedekinds’ werkjes zijn bijna kleine novellen, die maar één simpele boodschap lijken te hebben: ‘De liefde van de man gaat door een bouillonblokje.’ Want dat ‘zeskantige ei van Columbus’ is misschien wel de grootste ontdekking van Julius Michael Maggi. Het bedrijf van de dekselse Zwitser, wiens naam identiek is geworden aan het product, gaat als de brandweer. Hij is de zoon van een Zweedse moeder en een Italiaanse immigrant, die molenaar is.

In 1869 erft Julius de molen van zijn vader en gaat als een malle op zoek naar nieuwe producten. Hij is een idealist met een missie: hij wil de voedselvoorziening van de gesjochte fabrieksarbeiders verbeteren. Want die eten nogal eenzijdig. Hun maaltijden bestaan uit hompen bruinbrood die besmeerd zijn met varkensvet. De armoedzaaiers spoelen de combinatie weg met glazen schnapps, gezond is anders. In 1886, precies 135 jaar geleden, heeft Julius Maggi een ‘eureka’-momentje, hij produceert soep in poedervorm en daarna volgen de bouillonblokjes. De mensheid is gered.

In hetzelfde jaar verschijnt ook het product Maggi’s Würze, de smaakversterker op basis van de reuzepeterselie, ofwel lavas. De naam van het kruid wordt omgedoopt in Maggiplant. De producten zijn tegenwoordig niet meer weg te denken uit onze voedselketen. Ik zal dus tot in lengte van dagen naar Blonds’ zeurende zinnetje moeten luisteren: ‘Mag ik even de Maggi?’ ‘Maggie even niet?’ echoot mijn zoon dan. Tjonge jonge, jonge wat een leven, smakelijk eten. Pfff!

JAAP VAN DEURZEN