“Vrouwlief Blond en ik zijn géén leden van de Blauwe Knoop. Dat is de vereniging van gezandstraalde strijders tegen alcoholmisbruik. Wij houden van ons biertje, wijntje en wodkaatje. Sorry. We blijven volhouden moderate drinkers te zijn. Maar één blik op mijn gekreukte kop spreekt boekdelen. Je leeft maar één keer.”
Deze tekst schrijf ik volledig bij zinnen op 6 mei 2018 in mijn wekelijkse opstel op de site van RTL Nieuws. Het stukje gaat over onze hilarische zoektocht naar alcoholhoudende dranken tijdens onze vakantie in Noorwegen. Een fragment:
“Op naar de lokale super. “Waar staan de wijn en de wodka?” vraag ik monter in het Noors. De voorpret straalt van mijn gezicht en ik smak clownesk met mijn lippen. De corpulente caissière van middelbare leeftijd lacht tachtig tandbrokjes bloot en zegt: “Sterke drank hebben we hier niet. Dan moet u bij Vinmonopolet zijn.” Dat klinkt als een strafkamp in Siberië, maar het gaat om de drankenhandel van de Noorse staat. Die organisatie heeft het monopolie op de verkoop van wijn en sterke drank. Op naar Kopervik, vijfentwintig kilometer verderop. Een beetje alcoholist laat zich niet zomaar uit de fjord slaan. Het gebouw van Vinmonopolet ligt in een naargeestig industriepark aan de rand van de stad en ziet eruit als een gesloten inrichting voor verslaafden. Wie reclameplaatjes op de muren had verwacht van proostende modellen komt bedrogen uit. Als ze me vertellen dat er lange washandjes worden gebreid, geloof ik het ook.”
We leven inmiddels zeven jaar later en ik kijk nu anders naar mijn alcohol-inname. Zeker na mijn vakantie in mei dit jaar in het wonderschone Ierse Connemara. Daar begint ’s nachts mijn hartje opeens te hink-stap-springen, zoals ik al eerder beschreef. Een lang gekoesterde droom gaat in vervulling, bij gebrek aan ander vervoer word ik in een ambulance naar Galway gereden. Een fragment:
“Bijna twee uur lang stuitert de ziekenwagen tijdens een wilde rit over de bultige asfaltwegen. De ambulancechauffeur is een adrenaline-junkie die besloten heeft het leven van de Dutchman te redden.”
Natuurlijk valt er niks te redden. In het regionale ziekenhuis wordt een lichte vorm van boezemfibrilleren geconstateerd. Dat is een hartritmestoornis waar mannen op mijn leeftijd patent op hebben, zeker als ze het lot een handje helpen. Nou ja, een handje…Mijn hele leven lang heb ik als een maffe zeehond twintig haringen per week naar binnen geslokt. Die visjes spoel ik dan weg met sterk huppelwater. Op een gegeven moment loop ik erbij als een vadsig hangbuikzwijntje met een doodswens. Daar word je geen 90 mee.
“Doe vanaf nu alles met mate,” doceert de Ierse arts vriendelijk. “Laat die borrels maar even een tijdje staan.” Waarvan akte. Met enige trots kan ik u melden dat ik vandaag precies 75 dagen ‘droog’ sta. Ik eet nog geen kersenbonbon, want daar zit ethylalcohol in, dat ook als desinfecterend middel wordt gebruikt in handgels. Het betekent overigens niet dat ik me ga aanmelden bij de ‘Blauwe Knoop’. Driewerf neen! Er zijn grenzen. Dit is gewoon een test om te zien of ik het spul kan laten staan. En dat gaat wonder boven wonder van een leien dakje. Ik kan het iedereen aanbevelen om eens zo’n tijdelijke AA-pauze in te lassen.
De kilo’s kletteren van mijn karkas. In de spiegel zie ik de magere kop van een wildvreemde. Mijn huidje voelt aan als een perzik. Mijn levertje maakt elke dag een okselfris rondedansje in mijn corpus. Dat orgaan is niet meer gestopt met lachen. Geregeld maakt hij een afspraak met mijn nieren om gezellig te gaan klaverjassen. (Sorry, nu schiet ik door, dichterlijke vrijheid is één ding, onzin fantaseren is wat anders.)
Het is een heerlijke bijkomstigheid dat er tegenwoordig veel alcoholvrije alternatieven zijn. Die zijn nog goed te pruimen ook. De tijd dat cabaretier Youp van ’t Hek eigenhandig het alcoholarme bier Buckler van gigant Heineken om zeep hielp is voorbij. Een fragment:
“Buckler, dat kent u wel hè? Dat is dat gereformeerde bier. Buckler-drinkers, dáár heb ik zó’n hekel aan. Van die lullen die demonstratief met hun autosleutels staan te rammelen. Rot toch op, jongen! Ga lekker in de kerk zuipen.”
Eind 1993 haalt @Heineken Buckler van de markt. De brouwer pakt de zaken daarna beter aan en komt met een puik 0.0 biertje. Met de koninklijke zegen van ex-Prins Pils, alias Wim-Lex, wordt een fonkelnieuw centrum uit de grond gestampt waar o.a. onderzoek wordt gedaan naar alcoholvrije dranken. De slogan Heerlijk Helder Heineken wordt vervangen door: “Je bent geen flapdrol maar een held, als je een nul punt nulletje bestelt. “ (©Jaap van Deurzen)
Sommige leden van het zooitje ongeregeld, waar ik elke dinsdagavond mee roei op de Vecht, zijn ook om. Vroeger legden ze bij binnenkomst gelijk een bierinfuus aan, tegenwoordig drinken de bonkige baasjes schaamteloos exotische biertjes als Texels Skumkoppe 0.0. en Affligem 0.0 en het is nog steeds gezellig ook. Ja, ja, The Times They Are A-Changing.
JAAP VAN DEURZEN