Het zootje armoedzaaiers op de groepsfoto zit er op z’n paasbest bij in klas vier van de openbare jongensschool Feyenoord in de Oranjeboomstraat 109 in Rotterdam-Zuid. Jopie B. heeft zelfs een stropdas omgedaan. Sommige jongens dragen een colbertje. De arbeiderskinderen gaan rond 1960 in hun beste ‘kloffie’ op de klassenkiek. In opdracht van de fotograaf persen sommigen er een zuinig glimlachje uit. Anderen kijken in de lens alsof ze op het punt staan om te worden gedeporteerd naar een strafkamp. Meester Timmermans zit er zoals gewoonlijk bij als een verveeld stuk vreten. Ik zit rechtsonder op rij 1 als een blij ei naar de fotograaf te lachen met mijn opgeschoren kapsel. Een lok haar valt voor mijn linkeroog. Mijn spierwitte tandjes staan als een streepje neonlicht tussen mijn lippen. Tegenwoordig moet ik de afgesleten stompjes zoeken met een loep.
Het wonderlijke is dat ik de namen van veel jongens nog glashelder kan herinneren. Neem de hondsbrutale Kees S. die met zijn olijke kop ook op rij één zit en de hele dag door gekke gezichtjes trekt of vechtend over het schoolplein rolt. Links achterin zit naast het mannetje met de stropdas de kleine Erik, die op jonge leeftijd al min of meer verloofd is met zijn onafscheidelijke buurmeisje. Naast hem kijkt Erik van Z. meewarig de camera in. Het is een stille, sympathieke vent die veel weet, maar het ‘slechtste’ jongetje van de klas wordt genoemd. Dat lagere schoolonderwijs interesseert hem geen bal. De fotograaf mag die klassenfoto op een hele donkere plek stoppen, zie ik hem denken. ‘Laat dit circus in vredesnaam aan mij voorbijtrekken’, smeken die ogen. De streng kijkende jongen voor hem, met het dichtgeknoopte witte overhemd, is Willy van H. Later wordt hij politieagent. Je ziet hem als het ware al boetes uitdelen. De ene dag is hij mijn vriend. De andere dag is hij mijn vijand. Gelegenheidscoalities zijn doodnormaal in onze verpauperde volkswijk.
Rotterdam groeit begin jaren zestig uit tot de grootste haven ter wereld. Op dit soort armeluischooltjes worden jongens klaargestoomd om in de nieuw gegraven havens van Europoort te gaan werken. Aan deze tafeltjes zitten de toekomstige sjorders, kraanmachinisten en laagbetaalde havenwerkers in spe. Dubbeltjes worden geen kwartjes. Een enkeling stroomt door naar de ambachtsschool of de mulo, zoals ik. De meisjes die op de begane grond van het gebouw les krijgen, sparen al voor hun uitzet. De meesten zullen op de huishoudschool belanden. Dat is het voorportaal van alle huisvrouwen. Ze worden geacht het huis schoon te houden en met de pannen te rammelen. Tussendoor krijgen ze in die tijd ook nog eens zo’n drie tot vier koters.
Ik koester deze klassenfoto. Voor mij is het een soort tijdsmachine. Ik kijk naar de armetierige potjes op de vensterbank. De vieze verfstrepen op de muren, de vochtvlekken onder het raam. Het is armoe troef. Onze antieke lessenaartjes hebben een inktpot en een uitsparing voor de kroontjespen waar we mee moeten schrijven. Ik herinner me de striemende tikken met de liniaal op de vingers van de twee jongens die linkshandig zijn. De gil van pijn. Links schrijven is verboden. Vanwege die vreemde schrijfhouding en die vlekkende inkt wordt het al gauw een kliederboel.
Ik zie de hoek achter de meester waarin ik zo vaak voor straf heb gestaan. De neus stijf tegen de muur gedrukt. Wee je gebeente als je omkijkt, dan heb je honderd strafregels aan je broek hangen: ‘Ik mag niet omkijken!’ Meester Timmermans is geen lachebekje. Het regime in zijn klas is streng en vaak niet eens rechtvaardig. Dagelijks deelt hij in het kamertje naast de klas klappen uit aan laatkomers die we door de muur heen horen schreeuwen. Dat zou je nu eens moeten flikken. Begin jaren zestig zijn er op onze school bijna alleen mannelijke leerkrachten, onderwijzeressen zijn een uitzondering. Wat één klassenfoto aan herinneringen kan opleveren.
Ik schrik ervan als ik lees dat de traditie van de klassenfoto aan het verdwijnen is. Oorzaak is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) die in 2018 is ingevoerd ter bescherming van onze persoonsgegevens. Tegenwoordig moeten alle ouders vooraf toestemming geven om hun spruit te laten fotograferen op school. Dit terwijl de kinderen elkaar de godganse dag lopen te filmen met hun mobieltjes. Die beelden belanden daarna op sociale media. Tja.
Schoolbesturen worden tureluurs van de doorgeschoten privacy-kolder. Eén vader zou bij een school een claim hebben ingediend van dertigduizend euro omdat zijn kind zonder toestemming op de klassenfoto staat afgebeeld. Een moeder stapt in Den Haag naar de rechter omdat haar dochters juist níet op de groepsfoto staan. De meisjes zijn op het moment dat de foto wordt genomen bij het Suikerfeest. Ze eist tienduizend euro schadevergoeding want haar kinderen voelen zich gediscrimineerd. In hoger beroep verliest ze de zaak en moet alle proceskosten betalen. Ik begrijp die schooldirecties wel, dan maar geen klassenfoto. Natuurlijk staat iedereen tegenwoordig tot aan zijn oogballen in de foto’s. Je kunt je dus afvragen wat zo’n groepsfoto nog toevoegt?
Veel, in mijn ogen, want het zijn vaak dierbare herinneringen. Als ik tegenwoordig naar mijn verkreukelde kop kijk in de spiegel en daarna naar de klassenfoto, besef ik dat ik vroeger gewoon een wondermooi manneke was. Dat is op zich al een troost.
JAAP VAN DEURZEN