Bloot slaat dood! Ja, dat scheelt afgelopen week inderdaad maar weinig. In het Belgische grensplaatsje Kanne zijn drie Duitse mannen in hun blootje aan het zwemmen in het Albertkanaal. Een Nederlander stoort zich eraan en sommeert de drie om zich aan te kleden. ‘Was sollen wir jetzt kriegen, mit den nackten, zusammengeschrumpften Hodensacken. Ja?’
De Teutonen tikken tegen hun voorhoofd en roepen dat ze in zweitausendzweiundzwanzig leben.
‘Ja, zolang het duurt’, antwoordt de kaaskop en slaat één van de Duitsers met een mes zo groot als morgen de hele dag tot bloedens toe op zijn kop. In het Italiaanse dorp Lazise aan het Gardameer krijgen drie Nederlanders een boete omdat ze ’s nachts piemelnaakt op straat wandelen. Er is niemand te bekennen maar toch verstoren ze de openbare orde. Prentje, prego!
Wat is er in vredesnaam aan de hand? Waar is de tijd gebleven dat je aforismen kon lezen als: ‘Wie tegen het naakte in opstand komt omdat het naakt is, bewijst dat hij uit het paradijs der schoonheid is verdreven’.
Ho,ho, zo paradijselijk zijn de meeste blote lichamen niet. Ga maar eens een middag rondneuzen in een sauna. Maar om gelijk iemands hersenpan in te slaan omdat hij aan het naaktzwemmen is, gaat wel heel erg ver. Voor je het weet loop je straks in Callantsoog met zo’n solide Duitse helm over het naaktstrand. Want bloot slaat blijkbaar dood! Terwijl de oorspronkelijke betekenis van die uitdrukking helemaal niets te maken heeft met naaktlopen. We roepen het als straatjochies al in de steentijd in onze Rotterdamse volksbuurt tijdens het tikkertje spelen. Als de tikker een van de kinderen op zijn blote hand of arm aftikt geldt dat namelijk niet. De getikte brult dan luidkeels: ‘Bloot slaat dood. Telt niet. Je bent ’m nog steeds’.
Zijn we nou echt met zijn allen zo preuts aan het worden? Zien we elk naakt lichaam per definitie als een seksueel object? Ik moet even denken aan die jonge vrouw die in Parijs met een diep decolleté het museum D’Orsay instapt en er vanwege haar kleding direct weer uit wordt gebonjourd. Bij wijze van protest stormt een groepje feministen naakt het museum in en schreeuwt uit volle borst tegen de directeur: L’obscénité est dans vos yeuz! (De obsceniteit zit in úw ogen). De dames hebben een punt. Het is maar hoe je er tegenaan kijkt.
Zou dat #metoo gedoe er iets mee te maken hebben? Of zijn we inmiddels wel over het hoogtepunt heen? (Sorry, ik bedoel daar niks vunzigs mee). Zelfs vrouwen in mijn omgeving worden er kriegelig van. Het fenomeen wordt overigens briljant gepersifleerd in het filmpje ‘#metoo op de werkvloer.’
Daarin begroet acteur Pierre Bokma in de rol van directeur zijn medewerker Anja, en zegt: ‘Goeiemorgen Anja. Leuk truitje’ waarop zij dreigend zegt: ‘Wat zei je?’ De directeur, die de bui al ziet hangen, wringt zich in allerlei bochten om zijn uitspraak te bagatelliseren. Maar uiteindelijk wordt hij luid gillend door twee beveiligers zijn kantoor uitgedragen vanwege zijn ‘misplaatste opmerking’. Heerlijk! We hebben dan nog geen stukje blote huid gezien.
Bloot vel zien we wel bij de Brit Stephen Gough, alias The Naked Rambler, de Johan Cruijff onder de naaktlopers. Hij wordt meer dan dertig keer veroordeeld voor bloot lopen en zit bij elkaar meer dan zes jaar in de cel. In zijn ogen is naakt-zijn de meest natuurlijke staat voor het menselijk lichaam en een ultieme vorm van vrije meningsuiting. Met andere woorden, ik bepaal zelf wel wanneer ik in mijn nakie wil lopen. Basta! Voor dat principe betaalt de excentriekeling een hoge prijs, want hij heeft nog nooit een rechtszaak gewonnen.
Ik woonde in Rotterdam tegenover een exhibitionistische naaktloper. Bij thuiskomst gooide hij gelijk het knellende kleding-korset af en banjerde open en bloot door het pand. Het ging mis toen twee pubers aanbelden om kinderpostzegels te verkopen. In zijn ‘keizers kleren’ opende hij de deur. De koop ging niet door, want éen van de bengels rende gillend weg. De ander bleef onverschrokken staan en wees naar zijn kruis en klapte dubbel van het lachen. Ik heb onze buurman daarna nooit meer naakt voor het raam zien staan. Misschien is het tóch waar. Bloot slaat dood.
JAAP VAN DEURZEN