Vrouwlief Blond staat ziedend voor het raam en kijkt naar buiten. Ze lijkt op een vulkaan die op uitbarsten staat. Nog even en Weesp verandert in het Pompeï van het Gooi. Ze mompelt in zichzelf. Ik weet precies waar ze het over heeft. We hebben al jaren een soort telepathisch contact en communiceren non-verbaal. Ik geef u een voorbeeld. Ik denk aan een afspraak die ik nog moet bevestigen en Blond vraagt één seconde later: “Heb jij Johan nog gemaild over dat etentje?” Of ik zit te prakkiseren over het avondeten en zij zegt: “Heb jij ook zo’n trek in spaghetti met zalm?” Drie keer raden waar ik dan aan zit te denken. Juist!
Oké, zult u zeggen, dat is puur toeval, wat een zweverig gedoe. Mooi niet, want als je dat dertig keer per dag meemaakt, is het dat niet meer. De catharsis is nabij, de vulkaan begint te spuwen: “Dat is toch geen pan, man!” gilt ze opeens verontwaardigd tegen het raam. “Het lijkt net Jo met de banjo en Mien met de mandoline. Ze heeft ook nog eens maat kano. Kont! Kijk even naar buiten!” commandeert ze. Niet kijken, is geen optie, dan vloeit er bloed. Ik spring fluks op. Aan de overkant van de gracht zie ik een blonde vrouw van een jaar of dertig in een mooie, gebloemde jurk lopen, met daaronder spierwitte sneakers.
“Dat is toch een leuke vrouw?” antwoord ik als een blij ei. “Leuk!? Hoe kun je dat nou zeggen? Het maakt jou ook geen moer uit hoe vrouwen erbij lopen, hè? Als die wandelende aambei lieslaarzen onder die jurk had gedragen, had je het ook niet gezien. Dat is toch geen combinatie, man? Dat ziet Stevie Wonder!”
“Oh, je bedoelt dat haar schoenen niet bij die jurk passen?” vraag ik quasi verbaasd. Ik speel de vermoorde onschuld. “Sneakers zijn toch al jaren in de mode, Blond? Daar weet jij alles van,” lispel ik met een uitgestreken smoel. Ik zak terug in mijn schuttersputje op de bank. Ik heb hier geen zin in. Demonstratief zet ik mijn leesbril op en hoop dat de discussie is gesloten. Pappie wil zijn digitale krantje lezen. Dat had ‘pappie’ gedroomd. Ik krijg een langdurig college over hoe ‘onvrouwelijk’ sommige medezusters er bijlopen. Vooral sneakers onder smaakvolle jurken zijn haar een doorn in het oog. Blond zweert zelf bij naaldhakken. Waar gaat dit over, vraagt u zich af. Heeft u deze week de noodkreet gehoord van fabrikant Reynier van Bommel in het RTL Nieuws? De goede man heeft jarenlang mijn favoriete ‘Bommeltjes’ in elkaar geschroefd. Tegenwoordig produceert hij nog maar 25% klassieke kwaliteitsschoenen: ”De rest is allemaal casual en sneaker-achtig,” zegt hij gelaten, alsof hij het over meurende paardenvijgen heeft.
Blond gilt gefrustreerd: “Moet ik dan helemaal naar Italië om vrouwen op schoenen met naaldhakken te zien lopen?” Ik voorzie een langdurige tirade en besluit het ultieme wapen in te zetten, de ‘filibuster.’ (Van Dalen: Vertragingstactiek (door het houden van lange redevoeringen) Ooit hebben we in verwarde tijden beloofd om elkaar uit te laten spreken tijdens verhitte debatten. Dat scheelt heel wat servies. Ik steek monter van wal:
“Weet jij waar dat woord sneakers eigenlijk vandaan komt?” vraag ik heppy-de-peppie. “Wat interesseert mij dat nou, Jan L…” brult ze direct. Ik leg bij wijze van waarschuwing een wijsvinger op mijn lippen. Afspraak is afspraak.
“Luister meisje,” zeg ik olijk, “Kontje gaat het uitleggen. Sneakers zijn 150 jaar geleden ontworpen door de Amerikanen, wie anders? Dan heten ze nog plimsolls. Er is geen linker-of rechterschoen, ze zijn allebei precies hetzelfde. In 1892 maakt de Rubber Company de eerste Keds. Pas daarna begint de massaproductie van sneakers. Die naam komt van het werkwoord: to sneak, sluipen dus. Je hoort mensen op die zachte zolen niet aankomen, hè, hahaha. Wij hadden het vroeger in onze Rotterdamse prostitutiewijk Katendrecht al over bordeelsluipers!
De Duitser Adolfie (Adi) Dassler ontwerpt in 1924 de populairste sportschoen ooit. Hij vernoemt hem naar zijn eigen initialen: Adidas. Tijdens de Olympische Spelen in 1936 in Duitsland wint de zwarte, Amerikaanse atleet Jesse Owens op die Adidas-sneakers vier keer goud. Ta da! De gespierde Germaanse sporters zien elke keer een soort stofwolk voorbij stuiven en staan volstrekt voor joker. Hitler kan van frustratie zijn rechter-Bommeltje wel opvreten. Jesse Owens zou van de Führer geen hand hebben gekregen. De rest is geschiedenis.
In 1984 sluit Nike een contract af met basketbalspeler Michael Jordan. Er is geen houden meer aan. De hele wereld stapt over op Air Jordans. “Weet je, meid, pumps en enkellaarsjes zijn zó 1960. Vrouwen willen stoere, sportieve sneakers onder hun jurkjes. Ik vind dat ook wel hip, hoor,” slijm ik nog een kwartiertje door.
Van lieverlee zie ik witte schuimbellen in haar mondhoeken verschijnen. Haar ogen staan wagenwijd open en de stoom slaat uit haar oren. Ik speel een gevaarlijk spel met mijn neusbeentje. Opeens is het genoeg geweest en hoor ik haar bonkende stappen op de trap. De buitendeur slaat met een klap dicht. Ik hoor het hitsige getik van hoge hakken op straattegels. Saved by the bell. Terug naar het échte nieuws!
JAAP VAN DEURZEN