Heeft u het al meegekregen? Onze huizen veranderen binnenkort in stomende parenclubs waar wilde orgies zullen worden gehouden. Jazeker, ook úw huis! De herfst komt eraan en uit alle krochten kruipen straks hitsige mannetjesspinnen die van bil willen. De sukkels worden via een geurspoor in het web van de vrouwtjes gelokt. Opeens zijn die ó zo goed verstopte huisspinnetjes ó zo zichtbaar. Volgens de onvolprezen site ‘Tien feitjes over spinnen,’ heeft onderzoek uitgewezen dat je je altijd binnen drie meter van een spin bevindt.
Blond kijkt met verwilderde ogen om zich heen en brult: ‘Drie meter? Dat is op schoot! Dichtbij mijn oor! In mijn haar!’ Rustig aan meisje, de griezelige geleedpotigen hebben totaal geen interesse in de homo sapiens. Maar dat is zó moeilijk uit te leggen aan mensen die lijden aan arachnafobie, oftewel spinnenvrees. Het angstcentrum in Blonds’ hersenpan slaat totaal op tilt als ze een trilspin aan een draad ziet afdalen.
(Wist u overigens dat die draden ijzersterk zijn? Als ze de dikte van een potlood zouden hebben, zijn ze krachtig genoeg zijn om een Airbus 310 op volle snelheid te stoppen. Maar dat terzijde.)
Blond heeft geen boodschap aan dit soort weetjes. Zij heeft maar één vurige wens en dat is de totale vernietiging van het wereldwijde spinnenbestand. De vlammenwerper mag erop. Dat is jammer want spinnen zijn héél belangrijk in ons ecosysteem. Op hun menu staan vliegen, muggen, pissebedden en ander klein kruipend gespuis, dat je liever kwijt bent dan rijk.
Het wordt weer spinnendansen voor het slapen gaan. Elke avond verheug ik me op de kolderieke poldervariant van de Tarantella. Die Italiaanse dans zou volgens populaire volksvertellingen zijn vernoemd naar de tarantula, een geslacht uit de familie wolfspinnen. Als je door zo’n spin wordt gebeten kun je er hallucinaties van krijgen.
(Blond heeft overigens geen spinnenbeet nodig om te gaan hallucineren, maar dat terzijde.)
De Italiaanse vrouwen, die in het veld werken en gebeten worden door de tarantula, denken dat ze een giftige, fatale beet hebben gekregen. Ze schrikken zich te pletter en beginnen als idioten in het rond te springen.
(Probeer ter vergelijking even het beeld voor je te zien van een hysterisch dansende, blonde vrouw in een nachtjapon)
De enige remedie om de pijn en de angst te bestrijden is om muziek te maken op het ritme van de gekkendans. Zo is dus de Tarantella ontstaan. Er wordt gespeeld en gedanst totdat het gif uit het lichaam is verdwenen. U begrijpt dat ik soms pas rond vier uur ’s nachts hondsmoe in slaap val van het gitaarspelen.
Maar elk nadeel heb z’n voordeel, want muzikaal is er wel iets moois ontstaan. Ook in de literatuur is de spin populair. Neem het prachtige verhaal: ‘Balder D. Quorg, spin,’ van Anton Koolhaas. Balder bouwt als een berekende ingenieur zijn web. Op een dag vliegt er een verwarde wesp tegen draad g5.
‘Hij begon onstuimig met zijn vleugels te slaan en zijn achterlijf te draaien dat de draad eerst meegaf en toen losschoot van de hechting P2. Weg was de dikke wesp en de hele g-sectie van het nieuwe web was uit zijn verband.”
Balder begint met de reparatie, maar het web wordt nooit meer zo mooi als het was. Gefrustreerd verstopt hij zich in de leren hoes van een rijzweep in de schuur en jammert:
“Wat is het herstellen van draden die in de ruimte stonden als gekristalliseerde stilte en die thans verwoest zijn en ontzet en die in het vervolg een schepping, een wezenlijke schepping, alleen maar kunnen ontluisteren.”
Hoe mooi wil je een zin hebben? Je zou als amateuristische kribbelaar je pen toch in tweeën breken. Ik lees hem uit louter bewondering zestien keer voor aan Blond. Die kijkt me donker aan alsof mijn verlopen harses is veranderd in een gigantische spinnenkop.
“Wist je dat vrouwtjesspinnen kannibalen zijn?” zegt ze dreigend, “Als het mannetje slecht presteert in bed of als zijn kop haar niet aanstaat, vreet ze hem op. Dat is echt het énige dat ik mooi vind aan spinnen! Já!? Kan meneer de literaat er dan nú even over ophouden, anders ga ik zelf voor zwarte weduwe spelen!”
Opeens ben ik opgelucht dat het spinnenseizoen maar een paar weken duurt.
JAAP VAN DEURZEN